De algemene toelatingsvoorwaarden en de algemene aanwervings­voorwaarden.

Artikel 8

  • 1. Om toegang te hebben tot een functie bij het gemeentebestuur, moeten de kandidaten voldoen aan volgende algemene toelatingsvoorwaarden:

1° een gedrag vertonen dat in overeenstemming is met de eisen van de functie waarvoor ze solliciteren. Het passend gedrag wordt getoetst aan de hand van een uittreksel uit het strafregister. Als daarop een ongunstige vermelding voorkomt, mag de kandidaat daarover een schriftelijke toelichting voorleggen.

Voor de toegang tot een functie als kinderbegeleider, als verantwoordelijke van een kinderopvangvoorziening (kinderdagverblijf of buitenschoolse kinderopvang) of toezichter moeten kandidaten een uittreksel uit het strafregister, model 596 Sv voorleggen, of een gelijkwaardig attest uitgereikt door de bevoegde buitenlandse instantie voor wie niet in België gedomicilieerd is, waaruit blijkt dat de persoon van onberispelijk gedrag is om met kinderen om te gaan. Dit attest mag maximaal drie maanden oud zijn.

De kinderbegeleider, de verantwoordelijke van een kinderopvangvoorziening of toezichter die na de aanstelling of na de indiensttreding een strafrechtelijke veroordeling oploopt, is ertoe gehouden dit te melden aan zijn/haar verantwoordelijke en moet na deze veroordeling een nieuw uittreksel uit het strafregister, model 596 Sv of gelijkwaardig attest uit het buitenland voorleggen.

2° de burgerlijke en politieke rechten genieten

3° medisch geschikt zijn voor de uit te oefenen functie, in overeenstemming met de wet van 04/08/1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.

  • 2. Nationaliteitsvereiste.

Functies staan open voor de onderdanen van die EU-lidstaten en lidstaten van de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland, die op grond van de Belgische wetgeving toegang hebben tot het wettige verblijf in België en een algemeen geldende toegang hebben tot de Belgische arbeidsmarkt. Alleen de betrekkingen waarvan de functiebeschrijving aangeeft dat ze hoofdzakelijk de bevoegdheid tot rechtstreekse of onrechtstreekse uitoefening van het gezag van het bestuur of de verantwoordelijkheid voor de bescherming van de algemene belangen van het bestuur inhouden, zijn voorbehouden voor Belgen.

 Volgende functies zijn aldus voorbehouden aan Belgen:

  1. Om functie-specifieke redenen:

 - Algemeen directeur

 - Financieel directeur

  1. Vanwege concrete bevoegdheden, verantwoordelijkheden of taken:

 2.1. Voor functies waaraan op grond van een wet, decreet, koninklijk besluit of

 besluit van de Vlaamse Regering een bevoegdheid tot verbaliseren is

 verbonden (milieupolitie, bouwpolitie,...)

 2.2. Voor de functies die het opstellen, uitvoeren en controleren van de uitvoering

 van juridische akten (contracten, vergunningen) inhouden

 2.3. Voor de functies die het toezicht op ondergeschikte besturen inhouden.

Artikel 9

Om in aanmerking te komen voor aanwerving, moeten de kandidaten voldoen aan volgende algemene aanwervingsvoorwaarden:

1° Voldoen aan de vereiste over de taalkennis opgelegd door het Decreet van 18/11/2011 tot regeling van het bewijs van taalkennis, vereist door de wetten op het gebruik der talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966. De taalvereisten dienen strikt nageleefd te worden.

2° Slagen voor de selectieprocedure.

Het personeelslid dat tewerkgesteld is in een deeltijdse functie nadat het geslaagd is voor selectieproeven, is vrijgesteld van nieuwe selectieproeven wanneer de wekelijkse prestaties binnen die functie worden uitgebreid of wanneer die functie voltijds wordt.

Kandidaten die ten hoogste 72 maanden eerder zijn geslaagd voor gelijkwaardige selectieproeven voor een functie bij de gemeente in dezelfde graad als de vacante functie, worden geheel of gedeeltelijk vrijgesteld van deelname aan de selectieproeven. De aanstellende overheid beslist over de gelijkwaardigheid van de selectieproeven.

3° Voor leidinggevende functies: geschikt worden bevonden bij de psychotechnische proeven en de persoonlijkheidstests.

4° De kandidaten moeten

  1. voor de functies in de graden van niveau A, B en C: voldoen aan de diplomavereiste die geldt voor het niveau waarin de functie is gesitueerd.
  2. voor een functie in de hogere rangen van niveau A, B en C en de technische hogere rang van niveau D: 4 jaren relevante beroepservaring hebben.

De lijst van erkende diploma’s of getuigschriften per niveau wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, vastgesteld. Alleen de erkende diploma’s of getuigschriften op die lijst komen bij aanwerving in aanmerking.

Artikel 10

  • 1. In afwijking van art. 9, 4°, eerste lid, a en b, kan de aanstellende overheid voor de vacantverklaring van de functie beslissen of kandidaten die niet aan de diplomavereisten beantwoorden, in aanmerking komen voor een aanwerving.

Deze afwijking van de diplomavereiste is slechts uitzonderlijk mogelijk als de functie op basis van de functiebeschrijving noch krachtens een reglementering van de hogere overheid een diploma vergt.

  • 2. Voor de toepassing van deze afwijking komt een kandidaat die niet over het vereiste diploma beschikt in aanmerking, als hij ofwel

1° voldoet aan een vereiste inzake relevante beroepservaring en slaagt voor een niveau- of capaciteitstest

2° beschikt over een op de functie afgestemd ervaringsbewijs, uitgereikt overeenkomstig de Vlaamse regelgeving over de titels van beroepsbekwaamheid

3° beschikt over een op de functie afgestemd attest van een beroepsopleiding die hij gevolgd heeft bij een door de Vlaamse Regering erkende instelling voor beroepsopleiding.

  • 3. De beslissing om geen diplomavereiste op te leggen moet steunen op objectieve criteria,

 zoals:

  • het organiseren van (een) selectieprocedure(s) zonder dat dit/deze geschikte kandidaten heeft/hebben opgeleverd
  • bepaalde functie-specifieke criteria
  • cijfergegevens die de ondervertegenwoordiging van bepaalde, in de tewerkstellingsmaatregelen van de hogere overheden vermelde kansengroepen in de plaatselijke tewerkstelling aantonen, in relatie tot regionale indicatoren over de aanwezigheid van die kansengroepen in de werkloosheid.